Sociale rechten

Wat is het oordeel als iemand respectloos is tegen zijn ouders?

Vraag: Wat is het oordeel van de islamitische leermeesters en haar rechtschapen wetsgeleerden in deze kwestie, dat een persoon die vijandig, controversieel, aanvallend, onderdrukkend en onrechtvaardig is met zijn nobele ouders en zijn eigen ouders hoont en vervloekt en anderen laat opdragen. En deze persoon is een overweldiger en een leugenaar. Het bidden achter zo’n persoon, is dit toegestaan of afkeurenswaardig [Makruh]? Als het Makruh is, in welke categorie valt het dan? En moet een persoon die vanwege onwetendheid achter hem bidt, zijn gebed opnieuw doen of niet? Is het toegestaan om een dergelijke ongehoorzamer jegens de ouders te uitnodigen voor iets of zijn uitnodiging te accepteren of hem liefdadigheid te geven? En hoe is het om op zijn uitnodiging bij zijn plaats te eten, en in welke mate is hij aansprakelijk voor een straf volgens de islamitische wet, en wat is het oordeel over degene die met hem pleit? Verduidelijk het met koranverzen, ahadith en citaten van de imams.
 
Antwoord: Zo iemand is de allergrootste wetsovertreder van alle wetsovertreders [Afsaq al-Fasiqin], de meest zichtbare schurk, in aanmerking komend voor de allerergste straf, het razende hellevuur en de gruwelijke toorn van de Heer van het universum.
 
Hadith 1 – De Boodschapper van Allah (Allah schenke hem zegen en vrede!) heeft gezegd: “Zal ik je niet mededelen wat de allerergste zonde is van alle grote zonden? Zal ik niet zeggen welke zonde de ergste van alle ergste zonden is?” De metgezellen zeiden: “Zeg het alsjeblieft!” Hij zei aldus: “Partners aan Allah verbinden, je ouders ergeren.”
 
[Overgeleverd door Imam al-Bukhari: 2653, Imam Muslim: 87 and al-Tirmidhi: 1901 van Abi Bakrah (Allah hebbe hem welgevallen!)]
 
Hadith 2 – De Boodschapper van Allah (Allah schenke hem zegen en vrede!) heeft gezegd: “Drie mensen zullen het Paradijs niet binnengaan; ongehoorzamers van de ouders, de dayyuth, de vrouw die mannen imiteert in haar uiterlijke kenmerken.”
 
[al-Nasa’i: 2562 en al-Bazzar hebben het overgeleverd met een deugdelijk overleveraarsketen, en al-Hakim heeft het overgeleverd van Ibn ‘Umar (Allah hebbe hem welgevallen!)]
 
Hadith 3 – De Boodschapper van Allah (Allah schenke hem zegen en vrede!) heeft gezegd: “Drie mensen die Allah hun plichten en vrijwillige daden niet verhoord: degene die zijn ouders ergert, de pronker van het geven van naastenliefde aan de armen, de ontkenner van goddelijke bestemming.”
 
[Dit is overgeleverd door Ibn Abi ‘Asim in al-Sunnah met een overleveraarsketen van Abi Umamah (Allah hebbe hem welgevallen!)]
 
Hadith 4 – De Boodschapper van Allah (Allah schenke hem zegen en vrede!) zei dat Allah zegt: “Wee de ongehoorzamers van hun ouders, wee de ongehoorzamers van hun ouders, wee de ongehoorzamers van hun ouders.”
 
[Overgeleverd door al-Tabarani en al-Hakim van Abu Hurayra (Allah hebbe hem welgevallen!)]
 
Hadith 5 – De Boodschapper van Allah (Allah schenke hem zegen en vrede!) zei: “Allah’s wee is op degene die zijn eigen ouders uitscheldt.”
 
[Overgeleverd door Ibn Hibban van Ibn ‘Abbas (Allah hebbe hem welgevallen!)]
 
Hadith 6 – Een jongeman kreeg de instructie om de geloofsbelijdenis te lezen op het moment van zijn laatste ademtocht. Hij kon het niet lezen. De Profeet (Allah schenke hem zegen en vrede!) werd geïnformeerd en kwam langs, zeggende: “Lees ‘er is geen schepper dan Allah.’” Hij antwoordde: “Het lukt me niet om het te lezen!” Hij vroeg: “Waarom?” Er werd gezegd: “De persoon ergerde zijn moeder.” De Profeet (Allah schenke hem zegen en vrede!) riep zijn moeder en zei: “Is dit jouw zoon?” Ze zei: “Ja.” Hij zei: “Luister, zodra een woedend vuur wordt aangestoken en iemand vertelt je om voor hem te voorbidden, dan zullen we hem met rust laten, anders zullen we hem verbranden. Zou je op dat moment voor hem voorbidden?”
 
Ze zei: “O Boodschapper van Allah! Wel zodra jij de voorbede doet!” Hij zei: “Getuig tot Allah en mij dat je tevreden met hem bent.” Ze zei: “Allah! Ik getuig in Jou en in jouw Boodschapper dat ik tevreden ben met mijn zoon.” De Boodschapper van Allah (Allah schenke hem zegen en vrede!) zei tegen de jongeman: “Lees, ‘Ik getuig dat er geen schepper is dan Allah, zonder een partner. En dat Muhammad zijn slaaf en Boodschapper is.’” De jongeman las de geloofsbelijdenis en stierf daarna. De Boodschapper van Allah (Allah schenke hem zegen en vrede!) zei: “Alle lof zij Allah die hem door mij heeft gered van het hellevuur.”
 
[Overgeleverd door al-Tabarani van ‘Abdullah Abi Awfa (Allah hebbe hem welgevallen!)]
 
Hadith 7 – al-‘Awwam b. Hushab (Allah hebbe hem genadig!) was van de grote roemrijke Imams van de Taba’ Taba’in-generatie [overleden in 148 H.]. Hij zei: Ik ging naar een plek op een begraafplaats aan de rand van de stad. Rond de tijd van Asr-gebed brak één van de graven open en er kwam een man uit die een gezicht had van een ezel en de rest van het lichaam was van een mens. Hij maakte drie geluiden zoals die van een ezel, waarna het graf werd gesloten. Een oude zittende vrouw was daar aan het breien. Een vrouw zei tegen mij: “Zie je de oude dame?” Ik zei: “Wat is er met haar aan de hand?” Ze zei: “Het is de moeder van degene die hier begraven ligt. Hij dronk alcohol. Toen hij ’s avonds terugkeerde, waarschuwde zijn moeder hem en zei: ‘O zoon! Vrees Allah, tot wanneer blijf je die bedwelming drinken?’” Hij zei tegen haar dat ze praat als een ezel. Deze persoon stierf na Asr, tot de dag van vandaag breekt zijn graf open na Asr en maakt drie geluiden als die van een ezel en daarna sluit het.
 
[Overgeleverd door al-Asbahani en anderen]
 
Evenzo zijn de onwettigheden van het onrechtmatig toe-eigenen, liegen en diefstal noodzakelijkheden van de islam. Het is buitengewoon onwenselijk om achter zo’n persoon te bidden. Het naderd de grens van verbodenheid [Makruh Tahrimi], dat als het onbewust gebeurt, herhaling [van het gebed] noodzakelijk is.
 
Het is in al-Saghira: “Een overtreder maken als imam is Makruh Tahrimi.”
 
Het staat in Ghuniya: “Het is zondig om een overtreder tot een imam te maken, want het is Makruh Tahrimi om van hem een imam te maken.”
 
Het is in Durr al-Mukhtar: “Welk gebed ook wordt gedaan met de onwenselijke kenmerken van Tahrima, het opnieuw lezen ervan is verplicht.”
 
Zo’n ernstige overtreder moet rechtmatig worden gehaat volgens het oordeel. En in welke zaak degene wordt geëerd is zonder beperking verboden. Tibbiyin al-Haqa’iq, Miraqi al-Falah, Fath al-Ma’iyn, Hashiya Durr al-Mukhtar lil-‘ala al-Tahtawi en anderen, vermelden: “Het beledigen van een overtreder is volgens de wet noodzakelijk.”
 
Nodig hem niet uit en ga niet naar zijn uitnodiging om te eten. Het is in Sunan Abi Dawud en Jami ‘al-Tirmidhi van ‘Abdullah b. Masud (Allah hebbe hem welgevallen!) dat de Boodschapper van Allah (Allah schenke hem zegen en vrede!) zei: Toen de kinderen van Israël zondig werden, verboden hun geleerden hen, maar ze onthielden zich niet. Toch mengden de geleerden met hen en aten en dronken ze met hen. Dus, Allah liet ook degene die samen met de misdadigers zaten hun harten doen beïnvloeden, omdat ze allemaal eengezind waren. Toen werden ze allemaal vervloekt door de tongen van Dawud en ‘Isa b. Maryam (Allah schenke hen vrede!). Het was vanwege hun zonden en het overtreden van de grenzen.
 
Ze komen in aanmerking voor de allerergste straf van alle straffen die kan worden uitgevoerd door de gezagsdrager van de wet. En als de diefstal wetsgeldig duidelijk wordt, kan de gezagsdrager van de wet de hand doen laten afsnijden tot aan de pols. Degenen die met hem verzoenen zijn ernstige zondaars, Allah verklaart: “En helpt elkander niet in zonde overtreding.” [5:2]
 
Net heb je naar de hadith geluisterd omtrent degenen die zitten, eten en drinken met hen vervloekt zijn. Welke toestand zal dan zijn voor degenen die met hen pleiten? Moge Allah ons beschermen en de moslims voorspoedigen in hun berouw. Amin!
 
Inzake het geven en accepteren van liefdadigheid. Als het er naar uit ziet dat hij hulpeloos is, honger heeft en kledij nodig heeft, dan is er geen bezwaar behalve als het niet de bedoeling is om in zijn zonde te pleiten.
 
De Boodschapper van Allah (Allah schenke hen zegen en vrede!) zei: “In ieder levend wezen is er een beloning.”

[Overgeleverd door Imam al-Bukhari: 2363 2466 6009 en Imam Muslim: 2244 van Abu Hurayra (Allah hebbe hem welgevallen!) en in hetzelfde hoofdstuk van ‘Abdullah b. Umar, ze meldden het van Suraqa b. Malik (Allah hebbe hem welgevallen!)]

Het is in een Sahih hadith dat het geven van water aan de honden ook lonend is. In zoverre dat Allah daardoor een prostituee vergaf. [Sahih Muslim: 2245] En Allah weet het beter.


al-Imam Ahmad Rida al-Baraylwi

Risala: al-Huquq li Tarhi al-Uquq 1307 ≈ 1890

25-Rabi al-Awwal-1320 || ≈  2-Jul-1902

Al-‘Ataya al-Nabawiyya fi’l-Fatawa al-Ridawiyyah 24:403#163